Hoe zacht is zacht?

Het antwoord op deze schijnbaar eenvoudige vraag, is niet zo evident. Zacht is een relatief en subjectief begrip. Een pad dat hard genoeg is om op te fietsen, kan te zacht zijn voor een auto.

De kunstenaar die zijn fiets stalde vlakbij Holthees in Limburg gaf er zijn eigen interpretatie aan. Het mooie van dit soort begrippen is dat het niet vaak fout is. Het is wel afhankelijk van “the eye of the beholder”.  Sterker nog, in musea, theater of de bioscoop is het juist volledig geaccepteerd dat iedereen iets anders ontdekt in een schilderij, een voorstelling of een film. We vinden de gelaagdheid in de performance zelfs een verrijking.  Ook al is is dat relatief en subjectief.

 

Omgaan met subjectiviteit

Op het moment dat je in organisaties moet omschrijven wanneer goed, goed genoeg is, zie je dat ook daar fietsen worden ingegraven. Weliswaar niet met de intentie een statement te maken, zoals de kunstenaar het deed, maar onbewust omdat men zich onvoldoende realiseert dat andere mensen er wellicht een andere meetlat langs leggen.

In de niet artistieke wereld wordt de gelaagdheid minder gewaardeerd. De organisatie verlangt duidelijkheid over beschrijving van doelen, resultaten en kritische prestatie indicatoren. Waar gaan we heen, wie doet wat? Er zijn medewerkers die gedijen in een woelige omgeving, maar er is een groot aandeel dat zich niet comfortabel voelt als dingen niet helder zijn.

 

Maak subjectiviteit zichtbaar

In bijna iedere organisatie bestaat het beantwoorden van de vraag “wanneer doen we het goed”  uit een samenspel van meerdere resultaten. Een tevreden klant, een kwalitatief goed product, meer winst en omzet, een tevreden medewerker, een duurzaam proces etc.  Maar omschrijven wanneer de klant tevreden is, wanneer een proces duurzaam is of wat een goed product is, dat wordt al lastiger. Daar begint de subjectiviteit intrede te doen en wordt dus een gezamenlijk beeld een steeds grotere uitdaging.

 

Toch pleit ik er voor om wel vooraf met elkaar het gesprek hier over aan te gaan. Als je het namelijk niet doet, komt de discussie achteraf, als je aan het verkopen bent, als je aan het fabriceren bent, of als je het product bij je klant hebt afgeleverd. Te laat dus! En dan kost het geld, tijd en reputatie en heb je weer aanleiding tot conflicten.

 

Dus hoe moeilijk het ook is, rafel je doelstelling uit naar deelprocessen, afdelingen, mensen en leveranciers. Bespreek wat ieder van hen kan doen om een bijdrage te leveren aan je beoogde bedrijfsresultaten. En leg ook vast hoe je dat met elkaar wilt meten en sturen. Want pas als je dat doet, test je de realiteit van je beschreven resultaat.

 

Het is dan voor iedereen dan duidelijk wat er van hem of haar wordt verwacht binnen de eigen invloedssfeer. Er is namelijk niets frustrerender om bij de evaluatiegesprekken te worden aangesproken op aspecten waar je geen invloed op hebt. En stukken fijner om snel te kunnen zien welke positieve bijdrage jij aan het team of de organisatie hebt gehad.

 

Je zult dan zien dan het prima is om een fiets in te graven, als dat maar op enig niveau bijdraagt aan je organisatiedoelen en er iemand is geweest die het gat graaft en weer dichtgooit.


Blog-Noition-subjectief
< Ga terug